-
1 nez
(m) нос♦ au nez et à la barbe de qn у кого-л. под носом; не таясь; демонстративно♦ avoir le nez au vent; ▼ rester le держать нос по ветру;♦ nez en l'air принюхиваться♦ avoir du nez [ bon nez]1) обладать нюхом, чутьём2) чувствовать, откуда ветер дует; быть прозорливым♦ j'ai eu du nez моё чутьё меня не подвело♦ avoir qn dans le nez на дух не выносить кого-л.♦ avoir un verre dans le nez быть под хмельком♦ baisser le nez повесить нос; приуныть; потупиться♦ cela se voit comme le nez au milieu de la figure (ирон.) это никуда не спрячешь; это очевидно♦ faire baisser le nez à qn пристыдить, осадить кого-л.♦ faire un long nez сделать кислую мину; скривиться1) показать нос кому-л.2) оставить кого-л. с носом♦ fourrer le nez dans qch совать нос во что-л.♦ il oublierait son nez s'il ne tenait à son visage (шутл.) он крайне рассеян, забывчив1) задрав голову2) держа нос по ветру3) глазея по сторонам♦ manquer de nez проявить близорукость1) крутить кем-л. как заблагорассудится2) водить кого-л. за нос1) неосторожно выдать себя чем-л.; не суметь скрыть до конца свои намерения2) ненадолго показаться где-л.♦ il ne montre plus le bout de son nez chez nous он у нас больше носу не кажет♦ ne pas lever le nez de qch; ▼ avoir toujours le nez dans qch сидеть не разгибаясь, корпеть над чем-л.♦ ne pas voir plus loin que le bout de son nez не видеть дальше собственного носа♦ nez-à-nez лицом к лицу; нос к носу♦ nez de chien (прост.) «ёрш» (водка с пивом)♦ parler dans le nez de qn говорить с кем-л., дыша ему в лицо♦ parler du nez гнусавить♦ pendre au nez неминуемо случиться; надвигаться (об опасности и т. п.)♦ ça lui pend au nez (ирон.) ему этого не миновать♦ prenez-vous par le bout du nez (шутл. – ирон.) уж кому- кому, но не вам говорить; чья бы корова мычала♦ piquer du nez клевать носом♦ regarder qn sous le nez вызывающе смотреть на кого-л.♦ rire au nez de qn смеяться в лицо кому-л.♦ se bouffer le nez; ▼ se manger les yeux сильно ссориться; грызться1) наткнуться на непреодолимое препятствие2) сломать себе шею♦ se casser le nez à la porte; ▼ trouver le visage de bois наткнуться на запертую дверь; поцеловать замок♦ sentir qch à plein nez сильно и резко пахнуть [разить] чем-л.♦ tirer les vers du nez вытягивать, выпытывать сведения♦ tordre le nez воротить нос -
2 hoofd
3 [(van personen) leider, meerdere] 〈m.b.t. gezin〉 chef 〈m.〉 ⇒ 〈m.b.t. school〉 directeur 〈m.〉⇒ directrice 〈v.〉♦voorbeelden:het hoofd van een stoet • la tête d'un cortègemet gebogen hoofd lopen • marcher la tête bassemet gedekt hoofd • la tête couvertehij heeft een goed hoofd • il a de la têtehij is een hoofd groter dan ik • il me dépasse d'une têteeen hard hoofd in iets hebben • être pessimiste (concernant qc.)zijn hoofd wordt rood van schaamte • le rouge de la honte lui monte au fronteen verstopt hoofd hebben • être enchifenéeen hoofd vol zorgen hebben • n'avoir que des soucis en têtehet hoofd vol hebben van … • ne rêver que de …iets het hoofd bieden • faire front à qc.iemand het hoofd bieden • tenir tête à qn.zich het hoofd over iets breken • se casser la tête sur qc.iemand het hoofd op hol brengen • tourner la tête à qn.het hoofd buigen • baisser la têtehet hoofd er niet bij hebben • avoir la tête ailleurshet is hem gelukt het hoofd boven water te houden • il a réussi à se maintenir 〈 niet failliet gaan〉het hoofd koel houden • garder la tête froidehet hoofd op de ellebogen laten rusten • se prendre la tête dans les mainshet hoofd loopt mij om • je ne sais (plus) où donner de la têtehet hoofd ontbloten • se découvrirhet hoofd schudden • secouer la têtemijn hoofd staat er niet naar • je n'ai pas la tête à çade hoofden tellen • compter les personnes présenteshet hoofd verliezen • perdre la têteik durf mijn hoofd eronder te verwedden • j'en mettrais ma main au feuzeur me niet aan het hoofd! • ne me casse pas les pieds!wel wat anders aan z'n hoofd hebben • avoir bien autre chose en têtehij stelde zich aan het hoofd van de beweging • il prit la tête du mouvementaan het hoofd staan van iets • diriger qc.ben je wel goed bij je hoofd? • ça va pas, la tête?niet goed bij, in het, zijn hoofd zijn • ne pas avoir toute sa têteiemand boven het hoofd groeien • 〈 ook figuurlijk〉 dépasser qn.dat hangt hem boven het hoofd • cela lui pend au nezdie onderneming is mij boven het hoofd gegroeid • la direction de cette entreprise dépasse maintenant mes capacitéshet werk groeit haar boven het hoofd • elle est submergée de travaildie gedachte speelt mij door het hoofd • cette pensée me trotte par la têtedat is mij door het hoofd geschoten • ça m'est complètement sorti de la têtehet is hem in het hoofd geslagen • il a perdu la tête〈 figuurlijk〉 iemand iets in het hoofd stampen • fourrer qc. dans la tête de qn.zich een gat in het (z'n) hoofd vallen • s'ouvrir le crâne en tombantzich licht in het hoofd voelen • avoir le vertigeiemand in het hoofd treffen • toucher qn. à la têtezich iets in het hoofd zetten • se mettre qc. en têtehoe haalt hij het in zijn hoofd? • 〈 denken〉 qu'est-ce qu'il va chercher là?; 〈 doen〉 qu'est-ce qui lui prend de faire une chose pareille!het in zijn hoofd halen om te • s'aviser dealles zeggen wat in je hoofd opkomt • dire tout ce qui vous passe par la têtemet het hoofd omlaag vallen • tomber la tête la premièremet zijn hoofd tegen de muur lopen • donner de la tête contre un murmet het hoofd tegen de muur slaan • se cogner la tête contre le muriemand een verwijt naar het hoofd slingeren • lancer un reproche à la tête de qn.〈 figuurlijk〉 iemand iets naar het hoofd smijten • jeter qc. à la tête de qn.de drank stijgt hem naar het hoofd • l'alcool lui monte à la tête〈 figuurlijk〉 hij kan wel op zijn hoofd gaan staan, ik doe het niet • il a beau faire des pieds et des mains, je ne marche paseen prijs op iemands hoofd zetten • mettre à prix la tête de qn.dat zal op uw hoofd neerkomen • cela vous retombera sur la têteiets over het hoofd zien • ne pas remarquer qc.ik zal die gekheid wel uit mijn hoofd laten • je me garderai bien de faire cette bêtisedat laat ik mij niet uit mijn hoofd praten • on ne me fera pas changer d'idéedat zou ik maar uit mijn hoofd zetten • tu ferais mieux d'abandonner cette idéeuit het hoofd leren • apprendre par coeuruit het hoofd rekenen • calculer de têteuit het hoofd spelen • jouer sans partitioniemand van het hoofd tot de voeten opnemen • examiner qn. des pieds à la têtevan het hoofd tot de voeten gewapend • armé de pied en cap't is om je voor het hoofd te slaan • c'est à se taper la tête contre les murs〈 figuurlijk〉 iemand voor het hoofd stoten • offenser qn.een hoofd hebben als een boei • être rouge comme une pivoine〈 spreekwoord〉 zoveel hoofden, zoveel zinnen • autant de têtes, autant d'avishet hoofd van de rooms-katholieke Kerk • le chef de l'Eglise catholique -
3 тека
гл 1. couler; (за пот, сълзи) couler, ruisseler, suinter; раната тече la plaie suinte; 2. (пропускам вода) couler, fuir, dégoutter; бъчвата тече le tonneau coule (fuit); вазата тече le vase dégoutte; обувките ми текат mes chaussures prennent l'eau; 3. (за време и пр.) couler, s'écouler, passer; дните текат les jours passent (s'écoulent) а ако не тече, капе on ne gagne pas beaucoup, mais on se défend; носът му тече le nez lui coule; разг une chandelle lui pend au nez; текат ми лигите l'eau me vient а la bouche. -
4 to ho nemine
to ho nemineça sent le gaz à plein nezça lui pend au nez (fam.) -
5 этого ему не миновать
adjcolloq. ça lui pend au nezDictionnaire russe-français universel > этого ему не миновать
-
6 bengelen
-
7 dat hangt hem boven het hoofd
dat hangt hem boven het hoofd -
8 er bengelt een druppel aan zijn neus
er bengelt een druppel aan zijn neusDeens-Russisch woordenboek > er bengelt een druppel aan zijn neus
-
9 Hrozí mu pokuta.
Hrozí mu pokuta.Une amende lui pend au nez. (fam.) -
10 tomu neujde
tomu neujdeça lui pend au nez (fam.) -
11 hang
hang [hæŋ](preterite, past participle hung)a. [+ lamp, curtains, decorations, painting] accrocher ; [+ wallpaper] posera. [rope, dangling object] pendre (on, from à)b. ( = hover) fog hung over the valley un brouillard planait sur la valléec. [criminal] être pendu3. noun4. compounds► hang about, hang around( = loiter) traîner ; ( = wait) attendre• she hung back from suggesting this elle hésitait à le proposer► hang down intransitive verb pendre• hang in there, Bill, you're going to make it accroche-toi, Bill, tu vas y arriver► hang on• hang on, I didn't say that! attends un peu, ce n'est pas ce que j'ai dit !b. ( = hold out) tenir bonb. ( = depend on) dépendre de► hang outa. [tongue] pendre• let it all hang out! (inf!) défoulez-vous ![+ washing] étendre (dehors)[argument, story] se tenir ; [statements] s'accorder► hang up[+ hat, picture] accrocher (on à, sur)* * *[hæŋ] 1.1) ( of garment) tombant m2) (colloq) ( knack)2.to get the hang of something (colloq)/of doing (colloq) — piger (colloq) quelque chose/comment faire
transitive verb (prét, pp hung)1) ( suspend) (from projection, hook, coat-hanger) accrocher ( from à; by par; on à); (from string, rope) suspendre ( from à); ( drape over) étendre, mettre ( over sur); ( peg up) étendre [washing] (on sur)2) (also hang down) ( let dangle) suspendre [rope, line etc] ( out of par); laisser pendre [arm, leg]3) ( decorate with)to be hung with — être orné de [flags, tapestries]; être décoré de [garlands]
4) ( interior decorating) poser [wallpaper]5) Construction, Technology poser [door, gate]6) (prét, pp hanged) pendre [criminal, victim]3.intransitive verb (prét, pp hung)1) ( be suspended) ( on hook) être accroché; ( from height) être suspendu; ( on washing line) être étendu; [arm, leg] pendre2) ( drape) [curtain, garment] tomber3) ( float) [fog, cloud, smoke, smell] flotter4.reflexive verb (prét, pp hanged)Phrasal Verbs:- hang on- hang out- hang up••hang the expense! — (colloq) au diable la dépense!
hanged if I know! — (colloq) je n'en sais fichtre rien! (colloq)
to let it all hang out — (colloq) être relax (colloq); sheep
-
12 Totéž hrozí i jemu.
Totéž hrozí i jemu.Il lui en pend autant au nez. (fam.)
См. также в других словарях:
Ça lui pend au nez — ● Ça lui pend au nez cet ennui, ce malheur va lui arriver … Encyclopédie Universelle
nez — [ ne ] n. m. • nes 1080; lat. nasus I ♦ 1 ♦ Partie saillante du visage, située dans son axe, entre le front et la lèvre supérieure, et qui abrite l organe de l odorat (partie antérieure des fosses nasales). ⇒fam. blair, 1. nase, 2. pif, 2. tarin … Encyclopédie Universelle
NEZ — n. m. Partie saillante du visage qui est entre le front et la bouche, et qui est le siège de l’odorat. Nez droit, pointu, aquilin, busqué, retroussé, épaté, camus, camard. Nez d’aigle, de perroquet, de furet. Nez rouge, enluminé, fleuri,… … Dictionnaire de l'Academie Francaise, 8eme edition (1935)
nez — (né ; le z ne se prononce et ne se lie jamais : un né aquilin ; au pluriel, le z se lie : des né zaquilins) s. m. 1° Partie saillante, pyramidale et triangulaire du visage qui est l organe de l odorat. Le bout du nez, l extrémité libre du nez.… … Dictionnaire de la Langue Française d'Émile Littré
Nez-Perces — Nez Percés Nez Percés Populations significatives par régions … Wikipédia en Français
Nez-Percés — Populations Population totale 2 700 … Wikipédia en Français
Nez-percés — Populations significatives par régions … Wikipédia en Français
pendre — [ pɑ̃dr ] v. <conjug. : 41> • 980 « être suspendu »; lat. pop. °pendere ( e bref), class. pendere (e long) I ♦ V. intr. (Choses) 1 ♦ Être fixé, suspendu par le haut, la partie inférieure restant libre. Morceau de viande qui pend à un… … Encyclopédie Universelle
PENDRE — v. tr. Attacher une chose en haut par une de ses parties, de manière qu’elle ne touche point en bas. Pendre de la viande au croc. Pendre des raisins au plafond. Fig., Pendre la crémaillère, Célébrer son installation dans un nouveau logement. Fig … Dictionnaire de l'Academie Francaise, 8eme edition (1935)
pendre — v.i. Ça lui pend au nez, ou ça lui pend au cul (comme un sifflet de deux ronds), c est un désagrément qui le menace … Dictionnaire du Français argotique et populaire
sifflet — [ siflɛ ] n. m. • mil. XIIIe; de siffler 1 ♦ Petit instrument formé d un tuyau court à ouverture en biseau, servant à émettre un son aigu. Le sifflet d un agent de police, d un arbitre. « Un sifflet de marine [...] pour moduler les trilles et les … Encyclopédie Universelle